Lidwoorden 2

Zoek het goede lidwoord bij het zelfstandig naamwoord dat er achter staat.

Je kunt kiezen door op het driehoekje te klikken.

Je moet wel eerst bekijken of je een bepaald of een onbepaald lidwoord moet kiezen.

Klik daarvoor op het vraagteken te klikken.

Helemaal alleen zwom hond over kanaal.
Toen heeft bakker broden in oven gebakken.
Ademt vis door kieuwen?
Wat voor tekening heeft meisje gemaakt?
Wie heeft voetbal op dak geschopt?
Alweer zijn jongens door ijs gezakt.
Op tv zag je hoe antilope door leeuw werd besprongen.
Oom rookt pijp.
Wij rijden met auto naar stad.
Gijs damt met nieuwe buurman.
Hij zei toen dat appel niet ver van boom valt.
Wat schrijven leerlingen in schrift?
Moeder strijkt lakens van bed.
Peter heeft vlieger gemaakt.
Hoe heeft hondje bot afgekloven?
Want brandweer heeft brand geblust.
Waarom speelde kleine ventje met lucifer?
Weer heeft stroper hier strikken gezet.
Vanwege kaas is muisje in val gelopen.
Heeft Erwin lesje afgemaakt?
In weiland verderop is vandaag vliegtuig geland.
Hoe is piloot uit toestel geklommen?
Heb je gras al gemaaid?
En bok heeft wagentje getrokken.

 

Is jouw score hoger dan 85%, dan beheers je het lidwoord voldoende. Gefeliciteerd!

Is jouw score lager dan 85%, vraag dan hulp aan jouw juf of meester.