Werkwoordpakket 6a

Schrijf de werkwoordsvormen in de witte vakjes. 

Klik pas op controle wanneer je helemaal klaar bent. Succes!

  afnemen     blinken
tegenwoordige tijd verleden tijd   tegenwoordige tijd verleden tijd
ik   ik
hij   hij
wij   wij
voltooid deelwoord:   voltooid deelwoord:
bijvoeglijk naamwoord:   bijvoeglijk naamwoord:
tegenwoordig deelwoord:   tegenwoordig deelwoord:

 

  slijpen     terugvinden
tegenwoordige tijd verleden tijd   tegenwoordige tijd verleden tijd
ik   ik
hij   hij
wij   wij
voltooid deelwoord:   voltooid deelwoord:
bijvoeglijk naamwoord:   bijvoeglijk naamwoord:
tegenwoordig deelwoord:   tegenwoordig deelwoord:

 

  aanbieden     bestrijden
tegenwoordige tijd verleden tijd   tegenwoordige tijd verleden tijd
ik   ik
hij   hij
wij   wij
voltooid deelwoord:   voltooid deelwoord:
bijvoeglijk naamwoord:   bijvoeglijk naamwoord:
tegenwoordig deelwoord:   tegenwoordig deelwoord:

 

  binden     verdrinken
tegenwoordige tijd verleden tijd   tegenwoordige tijd verleden tijd
ik   ik
hij   hij
wij   wij
voltooid deelwoord:   voltooid deelwoord:
bijvoeglijk naamwoord:   bijvoeglijk naamwoord:
tegenwoordig deelwoord:   tegenwoordig deelwoord:

 

  betrekken     schenken
tegenwoordige tijd verleden tijd   tegenwoordige tijd verleden tijd
ik   ik
hij   hij
wij   wij
voltooid deelwoord:   voltooid deelwoord:
bijvoeglijk naamwoord:   bijvoeglijk naamwoord:
tegenwoordig deelwoord:   tegenwoordig deelwoord:

 

  sluipen     toewijzen
tegenwoordige tijd verleden tijd   tegenwoordige tijd verleden tijd
ik   ik
hij   hij
wij   wij
voltooid deelwoord:   voltooid deelwoord:
bijvoeglijk naamwoord:   bijvoeglijk naamwoord:
tegenwoordig deelwoord:   tegenwoordig deelwoord: