Oud geld

Ben jij helemaal vertrouwd met de Euro? Deze muntsoort werd op 1 januari 2002 ingevoerd. De centen, stuivers, dubbeltjes, kwartjes en guldens zijn lange tijd het betaalmiddel geweest. Daarom bestaan er veel uitdrukkingen met munten.  Spreekwoorden en gezegden dus over oud geld. Weet jij ze te herkennen? Je ouders of grootouders zeker wel. Succes ermee!

Het is gevallen.
Als je voor een
geboren bent, dan word je nooit een .
Hij wil voor een
op de eerste rij zitten.
Geen rooie
op zak hebben.
Zo plat als een
.
Dat is een
op zijn kant.
Op de markt is een
een waard.
Een
voor het fonteintje leggen.
Een
voor een karweitje.
Een
in het zakje doen.
Een taak voor een
.
Je weet nooit hoe een
kan rollen.
Een
wisselen.
Ze is erg op de
uit.
Als een
gebonden.
Hij past goed op zijn
.
Hij keert een
drie maal om en gooit een weg.
Hij moet ieder
drie keer omkeren.
Hij is zo gek als een
.
Hij heeft een aardig
verdiend.
Ik ben vandaag geen
waard.
Ik ben er geen
wijzer van geworden.
Dat is een fluitje van een
.
Dat kost een aardige
.
Dat kost een rooie
.
Een
schuldig zijn.
Anderhalve
.
Men zou die man bijna een
geven.
Ik zing maar één keer voor een
.
Iemand voor vijf
geven.
De
dansen hem in de zak.
De
bijten hem.
De eerste klap is een
waard.
Als hij kon, zou hij nog een
in tweeën bijten.
Hij kijkt op een
.
Dat doet geen
pijn.
Hij is een staat om op een (halve)
dood te blijven.
Dat is geen
waard.
Ik vertrouw die vreemde snuiter voor geen
.