Zoek uit wat voor telwoord

Kies bij ieder telwoord de juiste omschrijving. Klik daarvoor op het zwarte driehoekje.

Klik pas op controle wanneer je helemaal klaar bent.

Ik ben jarig op elf januari.
De hoeveelste ben jij jarig?
Acht is meer dan duizend .
De middelste soldaat loopt uit het gelid.
Sommige weten de hoeveelste hun kind jarig is.
Wij hebben niet veel geld.
Bij de vierde halte moet u uitstappen.
Hoeveel haltes zijn er?
Een schrikkeljaar heeft driehonderdzesenzestig dagen.
Lodewijk de Veertiende zei: "De Staat, dat ben ik."
Twaalf ambachten, dertien ongelukken.
De derde man brengt ruzie aan.
Vele eersten zullen de laatsten zijn.
Er zijn weinig mensen die genoeg geld hebben.
Beter één vogel in de hand dan tien in de lucht.
Jan gaat met enige vrienden kamperen?
De eerste april verloor Alva zijn bril.
En de derde mei zijn neus erbij.
Wordt Piet de tiende november twaalf jaar?
Jij bent nu al de zoveelste die dat vraagt.
Alle leerlingen mochten naar huis gaan.
Wij hebben verscheidene dagen gewacht op antwoord.

 

Is jouw score hoger dan 85%, dan beheers je de telwoorden voldoende. Gefeliciteerd!

Is jouw score lager dan 85%, bekijk dan de uitleg opnieuw en vraag na bij de juf of meester.